De behoefte aan thuiszorg neemt toe. Door vergrijzing, ook onder allochtonen. De wensen, behoeften en reacties van allochtone thuiszorgcliënten zijn in sommige opzichten anders dan die van autochtone Nederlanders. Daarnaast spreken en/of begrijpen allochtone cliënten niet altijd de Nederlandse taal. Dit maakt dat de communicatie tussen zorgverleners en allochtone cliënten soms moeizaam verloopt. Inzicht in de wijze waarop zorgverleners en allochtone cliënten (en hun familie) met elkaar communiceren en hoe zij in geval van besluitvorming met elkaar overleggen, kan helpen om thuiszorg aan deze doelgroep in de toekomst beter te laten verlopen.

Negen studentes van de opleiding HBO-Verpleegkunde aan de Hogeschool Utrecht voerden tussen november 2012 en januari 2013 een vooronderzoek uit. Op basis van interviews met professionele thuiszorgmedewerkers (n=6), cliënten (n=6) en observaties van thuiszorgverlening aan allochtone cliënten (n=4) is inzicht verkregen in kenmerken van de groep allochtone thuiszorgcliënten in Nederland, de oorzaken en gevolgen van verschillende soorten communicatieproblemen. Ook hebben zij een overzicht gemaakt van bestaande communicatiehulpmiddelen, dat te vinden is in de PDF.

De resultaten zijn door een studente Product Design & Engineering (PDE) van de Hogeschool Utrecht gebruikt als input voor een ontwerpproces (februari tot en met juli 2013). Het doel was een hulpmiddel te ontwerpen ter verbetering van de kwaliteit van communicatie tussen allochtone cliënt en autochtone zorgvrager. Via vier aanvullende interviews met experts op het gebied van thuiszorg en/of allochtonencommunicatie heeft de studente PDE een programma van eisen ontwikkeld voor het hulpmiddel. Twee creatieve sessies met ontwerpstudenten en zorgverleners onder leiding van de PDE-studente leidden tot een reeks oplossingen, die tegen het programma van eisen gehouden zijn. Uiteindelijk bleven drie oplossingsrichtingen over: een dagboek, een flowchart en smileys. Deze richtingen worden in de PDF uitgebreid toegelicht. Deze drie ontwerprichtingen zijn online voorgelegd aan zorgverleners en experts via een e-mailvragenlijst (n=5). Op basis daarvan is het dagboek met de flowchart geïntegreerd en dit productidee verder uitgewerkt. Het concept is gericht op Turkse en Marokkaanse cliënten met diabetes. Het bestaat uit een fysieke set kaarten met opdrachten, die de cliënt dagelijks moet invullen. Opdrachten gaan over de sociale situatie van de cliënt, voeding, medicatie en beweging, omdat dit juist bij diabetes relevante thema’s zijn. De door de cliënt ingevulde kaart wordt in een scanapparaat gelegd en de informatie wordt verzonden naar een web-based applicatie. De zorgverlener heeft via de smartphone, tablet of PC toegang tot deze applicatie en krijgt via grafieken en afbeeldingen de meest recente leefgewoonten van de cliënt te zien. De zorgverlening kan vervolgens beter afgestemd worden op de leefstijl van de cliënt. Het concept wordt uitgebreid toegelicht in de PDF.

de 3 schermen die gebruikt worden

tussenproduct

Het concept is getest met twee Turkse cliënten door met hen de opdrachtkaarten door te nemen en het concept met het scanapparaat toe te lichten. Het product bleek o.a. de volgende voordelen te hebben:

  • de cliënt is minder afhankelijk van anderen voor het tolken;
  • het concept speelt niet alleen in op taalbarrières, maar ook op culturele oorzaken van communicatieproblemen;
  • de zorgverlener heeft inzicht in de mate  van therapietrouw van cliënt;
  • de cliënt wordt zich meer bewust van zijn of haar ziektebeeld.

Uiteraard moeten deze resultaten met enige voorzichtigheid geïnterpreteerd worden, gezien de kleine steekproef waarmee het concept getest is. Het concept behoeft meer nader onderzoek om vast te kunnen stellen wat de effecten van het concept zijn op efficiëntie en effectiviteit in communicatie.

Top 5 - Belangrijke feiten

  1. De grootste groep allochtone thuiszorgcliënten in Nederland bestaat uit Turken en Marokkanen.
  2. Cliënten ervaren de communicatie met autochtone zorgverleners niet als problematisch; de zorgverleners wel.
  3. Oorzaken voor communicatieproblemen zijn taalbarrières en culturele verschillen (bijv. de Nederlandse zorgverlener die alles wil plannen, in tegenstelling tot de allochtone cliënt die met de dag leeft).
  4. Gevolgen van deze oorzaken zijn dat vaak alleen de hoognodige zorg aangeboden wordt aan allochtone cliënten, omdat deze cliënten niet goed kunnen aangeven wat hun zorgvraag is. Daarnaast kan verergering van gezondheidsklachten niet goed worden gesignaleerd en kan medicatiegebruik niet goed worden gemonitord.
  5. Bestaande hulpmiddelen zoals een tolk, communicatieboekjes, cursussen voor zorgverleners, informatiebrochures in de taal van de cliënt etc. worden in de praktijk beperkt ingezet, omdat ze ofwel alleen op de taalbarrière of alleen op de cultuurbarrière inspelen en niet op beide. Het meest effectieve hulpmiddel, de tolk(entelefoon), wordt niet meer vergoed sinds 2012. De behoefte aan een nieuw hulpmiddel is daarom groot.